Sinds 2017 is de verhoogde schenkingsvrijstelling ten behoeve van de eigen woning niet langer beperkt tot schenkingen van ouders aan hun kinderen. Mensen tussen 18 en 40 jaar mogen van iedereen eenmalig een schenking van maximaal € 102.010 (bedrag 2019) vrij van schenkbelasting ontvangen. Het geschonken bedrag moet binnen twee jaar na het jaar van de schenking worden benut voor de bouw of verwerving van een eigen woning, de aflossing van de eigenwoningschuld, de verbetering of het onderhoud van de eigen woning of voor de aflossing van een restschuld. In 2020 wordt de regeling geëvalueerd. Daarbij zal onderzocht worden of zich ongewenste constructies voordoen. Een mogelijke ongewenste constructie is de kruislingse schenking. Die constructie wordt toegepast wanneer voor een schenking van ouders aan hun kind al een beroep is gedaan op de eenmalig verhoogde vrijstelling. Om een volgende schenking toch belastingvrij te kunnen doen, schenkt ouderpaar 1 aan het kind van ouderpaar 2 en andersom.

In antwoord op Kamervragen zegt de staatssecretaris van Financiën dat de Belastingdienst kruislingse schenkingen zal beschouwen als schenkingen van de ouder(s) aan het eigen kind. Dat betekent dat schenkbelasting van het kind wordt geheven, indien het kind eerder een beroep heeft gedaan op de verhoogde vrijstelling voor een schenking van de ouders. De staatssecretaris vindt het gebruik van kruislingse schenkingen om de verhoogde vrijstelling voor de eigen woning meerdere keren te kunnen benutten in strijd met de letter en geest van de Successiewet. In strijd met de letter van de wet omdat door het stellen van de voorwaarde van een schenking door het andere ouderpaar aan het eigen kind niet voldaan is aan de eis dat de schenking onvoorwaardelijk wordt gedaan.

De staatssecretaris is overigens niet van plan om wijzigingen in de regeling door te voeren om dit soort niet wenselijke fiscale constructies onmogelijk te maken. Bij het wijzigen van de regeling van de vrijstelling per 1 januari 2017 is bewust gekozen voor een ruimere toepassing dan de ouder-kindrelatie.

Kamervragen erfbelasting minderjarige wezen beantwoord

Successiewet
22 april, 2021

In antwoord op Kamervragen heeft de staatssecretaris van Financiën aangekondigd dat er een regeling komt voor de situatie waarin een minderjarig kind beide ouders verliest...

Toepassing tariefgroep erfbelasting bij erfenis van biologische vader

Successiewet
22 april, 2021

De Algemene Wet inzake Rijksbelastingen definieert een kind als een eerstegraads bloedverwant en aanverwant in de neergaande lijn. De Successiewet verklaart tariefgroep l ...

Aangaan huwelijksgemeenschap geen schenking

Successiewet
20 mei, 2021

De Hoge Raad heeft in een arrest uit 1959 geoordeeld dat zich bij het aangaan van een algehele gemeenschap van goederen tussen gehuwden geen schenking voordoet. Dat betekent dat...