Op www.brink-hoek.nl gebruiken wij cookies en andere technieken om jouw ervaring op onze website te verbeteren en om advertenties te tonen, ook met tracking cookies van derden die jouw internetgedrag volgen. Bekijk ons cookiebeleid. Als je doorklikt ga je akkoord met het plaatsen van de cookies en technieken.
Naast de aanpak van de zogenoemde ‘breukdelengemeenschap’ worden er nog enkele andere wijzigingen in de schenk- en erfbelasting voorgesteld. Zo wordt de aangiftetermijn voor de erfbelasting verlengd van 8 naar 20 maanden. De termijn voor de berekening van de belastingrente begint ook pas na 20 maanden te lopen.
De 180-dagenregel vervalt
Als een schenking binnen 180 dagen vóór overlijden van de schenker heeft plaatsgevonden, is deze schenking bij fictie ook belast met erfbelasting. Hierdoor moet je zowel aangifte schenkbelasting als aangifte erfbelasting doen. De schenkbelasting wordt vervolgens verrekend met de erfbelasting. De voorgestelde maatregel houdt in dat de schenking binnen 180 dagen vóór overlijden niet als schenking wordt aangemerkt. Daardoor vervalt de verplichting om aangifte schenkbelasting te doen.
Biologisch, niet juridisch erkend kind valt ook in tariefgroep 1
Een biologisch, niet juridisch erkend kind dat een familieband heeft met de vader, heeft geen recht op toepassing van de lage tariefgroep I en de kindvrijstelling in de Successiewet. De Hoge Raad heeft op 24 september 2024 beslist dat dit in strijd is met het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens (EVRM). De Hoge Raad bood belanghebbende desondanks geen rechtsherstel, maar liet het herstel over aan de wetgever. Die heeft de handschoen weliswaar opgepakt, maar de voorgestelde wijziging van de Successiewet gaat pas op 1 januari 2026 in. Daarom is goedgekeurd dat het genoemde kind nu al recht heeft op toepassing van het lage tarief en de kindvrijstelling. Het biologisch ouderschap moet wel aangetoond kunnen worden met een DNA-test.
