Een van de vereisten voor hypotheekrenteaftrek is dat de woning een eigen woning moet zijn. De uitzendregeling voorkomt dat een woning geen eigen woning meer is als je tijdelijk elders verblijft. Op verzoek kan de woning dan tijdens het verblijf elders een eigen woning blijven. Voorwaarde hierbij is dat de woning in deze periode niet in gebruik is bij derden. Derden zijn volgens een goedkeuring niet je partner, (stief)kinderen, ongeacht de leeftijd en andere personen. Laatstgenoemden moeten direct voorafgaand aan jouw tijdelijke verblijf elders al gedurende ten minste 12 aaneengesloten maanden tot jouw huishouden hebben behoord. Deze goedkeuring wordt in de Wet IB 2001 opgenomen en de groep van personen die geen derden zijn, wordt vanaf 2026 uitgebreid met (stief)(achter)kleinkinderen (bloed- of aanverwanten in de neergaande lijn).

 

Actiepunt

Wil je dat jouw (stief)(achter)kleinkinderen gebruikmaken van jouw woning tijdens jouw verblijf elders, zonder dat dit gevolgen heeft voor jouw hypotheekrenteaftrek? Wacht hiermee dan tot 2026. Dan vallen zij ook onder de uitzendregeling.